Welke vraag wérkt wanneer iemand zijn afspraak niet is nagekomen?
Het gebeurt bij de beste wel eens: te laat komen op een afspraak of vergeten een taak uit te voeren of een bestelling verkeerd afleveren. Het is niet prettig voor jou wanneer jij anders had verwacht van hem. Het wordt nog lastiger wanneer jij zulke situatie een paar keer kort achter elkaar meemaakt. Welke vragen komen dan als spontane reactie in jou op? Misschien: Verdorie, is dat nu zo moeilijk? Zijn we allemaal slordiger geworden? Was onze afspraak niet duidelijk genoeg? Waarom zet hij de afspraak niet onmiddellijk in zijn agenda!? Is het teveel gevraagd om mij onmiddellijk te verwittigen? Of misschien: Heeft dit met mij te maken? Heb ik onvoldoende duidelijk mijn instructies gegeven? Moet ik hem dan als een kind behandelen en vragen of hij het wel goed heeft begrepen? Trek ik zulke mensen aan?
Dit zijn klaag- of zeur-vragen. Daarmee kom je geen stap verder of maak je het jezelf alleen maar moeilijker of lastiger.
Ja, het is vreselijk vervelend indien iets niet wordt uitgevoerd zoals jij verwachtte. Het wordt nog lastiger voor jou wanneer je het de eerste keer zo laat, zonder opmerking, de tweede keer opnieuw en pas na de derde of x-ste keer er op reageert. In dat geval vergroot je de kans dat je korter of agressiever reageert.
Wanneer je van bij het eerste voorval reageert maakt het een verschil hoe je handelt, met welke intentie. Een positieve aanpak is bijvoorbeeld het volgen van de stappen bij ‘verbindende communicatie’: vertel zonder oordeel wat je waarneemt, geef aan wat dit met jou doet, vertel wat nu je behoefte is, doe een billijk verzoek. Je dient daarbij te letten op je taal, zowel je verbale als je non-verbale taal. Je intentie dient echt gericht te zijn op ‘verbinden’. Indien dat niet zo is, klinkt dat door in jouw taal.
Er is nog een andere weg: stel de ‘juiste’ constructieve vraag, de vraag die toekomstgericht wérkt voor jou én voor de ander. Vanuit een bewuste intentie om van deze gelegenheid een constructief moment te maken, kan je een vraag stellen. Je aandacht richt zich daarbij niet op wat er fout liep maar op een andere houding in de toekomst. Het draait dan niet (meer) om jou maar om jullie samenwerking, het punt ‘in het midden’. Dan stel je een vraag met de blik naar voor, niet naar achter; naar wat er morgen kan en niet naar wat er gisteren niet kon. Een ‘juiste’ vraag levert een antwoord op dat jou voldoening geeft én de ander in zijn waardigheid laat én hem de ruimte geeft om jou iets te bieden. Om dit laatste te bekomen dien je niet altijd iets te verzoeken. Je kunt met een ‘juiste’ vraag de ander de ruimte laten om zelf te komen met een aanbod. Een ‘juiste’ vraag stellen, rustig en uitnodigend, doet wonderen.
Wat is voor jou de meerwaarde om de ‘juiste’ vragen in de vingers te hebben?
Ik leer je de kunst van het vragen aan en coach je verder.