Opnieuw een boekje op de pagina ‘Boeken’: Eindelijk wat zwier! – Weer een haiku
Driehonderd haiku’s (korte gedichtjes) die ik schreef in België, Slovenië en India, tussen 2001 en 2021.
Ik beleef haiku als een warm gesprek met de natuur, een boom, een wolk, een kraai, een kat, een mens, … of met mezelf. De twee eerste regels uiten een belevenis, de derde regel is daar een antwoord op. Je kunt een haiku ook traag lezen, als één lange zin.
Haiku is het resultaat van veel invloeden, het zen-boeddhisme is een erg belangrijke.
In 538 (?) bereikt het boeddhisme Japan. Verondersteld wordt dat boeddhistische monniken toen het schrift meebrachten uit China (het Kanji). In de twaalfde eeuw komt het zen-boeddhisme formeel aan in Japan. In dezelfde periode hielden dichters in Japan dicht-wedstrijden. Uit het samenspel van twee dichters ontstond het Antwoordspel, waarbij de een de eerste strofe sprak van een tanka, de zogenaamde hokku van 5-7-5 syllaben, waarop de ander moest antwoorden met een vers van 7-7 syllaben. Vanaf de vijftiende eeuw ging de aandacht veelal naar het drieledige openingsvers, de hokku.
Het woord haiku, schertsend gedicht, (5-7-5 syllaben of lettergrepen) komt van de dichter Masaoka Shiki (1867-1902).(1)
Het rechte Pad, nu
vervormd door herfstbladeren.
Eindelijk wat zwier!
—————
(1) Lees de uitstekende en uitgebreide inleiding over haiku in
J.van Tooren, Haiku – Een jonge maan, Meulenhoff, 1981 vijfde herziene druk.
Over Masaoka Shiki: https://haiku.nl/shiki/