
Een inzicht delen, een mening geven
Wanneer jij je inzicht deelt geef je je persoonlijke kijk op de zaken, dat is een mening. Iedereen weet het, niet iedere mening getuigt van inzicht. Vandaar de vele kritische vragen die je kunt stellen bij elke mening.
Bij het geven van een mening denk je wellicht aan een concrete inhoud, aan ‘wat’ wordt gecommuniceerd. Weet dat tegelijk met ‘wat’ er wordt gedeeld het belangrijk is te weten ‘wat niet’ wordt gecommuniceerd. Het kan erger, wanneer er net door iets te vertellen of te tonen, gewild of ongewild, iets wordt verzwegen of verborgen gehouden.
Naast het ‘wat’ is ‘hoe’ ze wordt gecommuniceerd eveneens een essentieel deel van een mening, samen met ‘wanneer’ en ‘waar’ ze wordt gedeeld.
Wat, hoe, waar en wanneer vormen samen het systeem van ‘een inzicht delen’ of ‘een mening geven’. Wanneer jij je mening geeft of wanneer je een mening ontvangt voor welk aspect heb jij voornamelijk oog en oor en aan welk aspect schenk jij zelden aandacht?
Wat zit verborgen in iedere mening?
In iedere mening steken allerlei zaken die soms duidelijk zichtbaar zijn maar meestal echter verborgen blijven, ook voor wie de mening geeft. Dit geldt zowel voor de ‘expert’ die wordt geïnterviewd, voor de boeken die je leest, voor de berichten die je volgt op het internet en de sociale media, voor wat een kunstenaar jou presenteert, als voor wat je verneemt van je familie of vrienden.
Iedere mening is zoals een foto, een stukje geknipt uit een breder beeld, een klein stuk uit de werkelijkheid bekeken vanuit een beperkte hoek.
In iedere mening steken volgende elementen, gedeeltelijk of volledig verborgen:
• Een beroep doen op feiten of gegevens, meestal uit de derde of vierde hand, zelden uit de eerste hand. Er is geen inzicht of mening zonder feiten. (1) Stel jij de kritische vraag: Op welke feiten baseert hij zich? Wat is de bron voor die bewering? Maar ook: Welke gegevens worden hier verzwegen? Wat wordt hiermee niet gezegd?
• Een gedachtengang gebaseerd op een denkpatroon en een denkmethode. Zelden volgt een mening van A tot Z een logische of rationele weg; dat hoeft ook niet maar het moet wel helder zijn hoe de gedachtengang dan wel verloopt. In de gedachtengang sluipen makkelijk: associaties, denksprongen, veronderstellingen, gissingen, vooroordelen, algemeenheden, vage woorden, platitudes, enz. Stel jij de kritische vraag: Wacht even, hoe verloopt hier de gedachtengang? Hoe worden de gegevens aan elkaar gekoppeld? Welk denkpatroon wordt hier gehanteerd? (2)
• Een specifiek taalgebruik. Vooral de woorden die gekozen worden verraden of het hier gaat om dagelijks taalgebruik dan wel of de spreker zorgvuldig of nauwkeurig haar woorden kiest. (3) Woorden drukken een specifieke visie uit. Woorden hebben tegelijk én een betekenis én een beleving én roepen beelden op. Veel meningen werken niet met woorden met een definities maar bereiken jou via metaforen, analogieën, voorbeelden, gelijkenissen of symbolen. Stel jij de kritische vraag: Hoe helder formuleert hij zijn mening en is de vorm voor mij voldoende om daar op in te gaan? Welke begrippen die zij gebruikt stel ik nu reeds in vraag? Op welke woorden legt zij de nadruk en wat wil ze daar mee uitdrukken? Welke beelden worden mij voorgespiegeld?
• Steunen op een reeks aannames, waarden en normen die bepalen wat wel en wat niet mag worden gedeeld en op welke manier wel of niet. Ieder inzicht en iedere mening ondersteunt tegelijk een bepaalde mens- en maatschappijvisie. Stel jij de kritische vraag: Welke aannames vormen de basis van deze mening? Welke waarden worden op deze manier verdedigd? Welk gegeven, onderwerp of thema is hier taboe? Welke woorden of uitingen mogen niet worden gebruikt en om welke reden?
• Voldoening zoeken van persoonlijke belangen, behoeften en intentie. Ieder die een mening geeft wil iets in ruil, iets waar hij persoonlijk belang aan hecht. Zoals bv.: bevestiging krijgen ‘Ja, je hebt gelijk.’ of erkend worden ‘Jij bent deskundig in deze zaak.’ of een thema in de aandacht brengen of een meningenspel uitlokken (bv. met een boude uitspraak ‘Alle Walen lopen 100 jaar achter.’). Stel jij de kritische vraag: Voor welke behoefte van haar wil zij voldoening? Welk is zijn persoonlijk belang in deze zaak? Wat is zijn intentie? Wat gebeurt er indien ze van mij geen gelijk krijgt, gaan we dan in de strijd?
• Rekening houden met de relatie met anderen en hun belangen. Zeer vaak zijn er anderen bij betrokken wanneer er een mening wordt gegeven. Soms zijn dat medestanders waar een beroep op wordt gedaan ‘Wij zijn allemaal overtuigd dat …’. Soms is er op de achtergrond een autoriteit die de mening moet stutten. Soms zit er een ‘sponsor’ achter de schermen. Stel jij de kritische vraag: Wie heeft er allemaal ‘winst’ bij dat deze mening nu op tafel wordt gelegd? Wie is er allemaal bij betrokken die hier niet wordt vernoemd? Op wie steunt hij om dit te beweren?
• Een doel nastreven, men wil iets bereiken. Iedere mening wil niet alleen een reactie uitlokken, het wil ook een doel bereiken. Dat kan niet enkel eenvoudig ‘gelijk halen’ zijn maar het kan ook bv. : zoeken naar een oplossing; zelfstandigheid verwerven; jou verleiden; een beslissing doorduwen; twijfel zaaien; een subsidie binnenhalen; een tegenstander belachelijk maken; enz. Stel jij de kritische vraag: Wat wil hij bereiken met het delen van deze mening op dit moment, op deze manier? Wat is zijn verborgen agenda? Waar begin ik aan wanneer ik reageer op haar?
• Het is een actie binnen een bepaalde strategie. Hoe de mening wordt gegeven, op welk tijdstip, wie er bij aanwezig zijn, op welke plek het gebeurt, … het zijn allemaal factoren die de context vormen en die in veel gevallen onderdeel zijn van een strategie. De strategie kan zijn: er voor zorgen dat een visie helder op tafel komt op het juist moment; werken aan een probleem. Maar het kan ook: jou doen twijfelen; een lopende discussie ontregelen; een ander team uit elkaar spelen; achter de schermen werken; de indruk wekken jou in vertrouwen te nemen; een valkuil voor jou klaarleggen; gewoon tijd winnen; enz. Stel jij de kritische vraag: Is het nuttig om er nu op in te gaan, op deze plek, op dit moment? Reageer ik op de mening of op de strategie? Wat kan ik verliezen door net nu te reageren? Wat kan ik winnen door niet te reageren en mijn eigen strategie te volgen?
Al deze elementen werken samen. Een mening is een cocktail van deze elementen.
Een mening ontvangen en er op reageren
Het ontvangen van een mening is meer dan het luisteren naar wat iemand zegt of schrijft of het kijken naar wat wordt getoond. In welke mate laat je datgene wat naar jou wordt gestuurd even in het midden liggen en neem je bewust het bericht of een deel ervan op? (4) Hoeveel ruimte in jezelf laat jij voor kritische vragen alvorens de mening te bevestigen of tegen te spreken? Hoe toon je dat je eerst een antwoord wil op jouw kritische vragen?
Het gaat hier om een wederzijdse actie: een inzicht delen door de een en die ontvangen door de ander werken op elkaar in. Zo gaan ‘ongezonde’ meningen even snel de wereld rond als ‘gezonde’.
Ook bij het ontvangen werken wat, hoe, waar en wanneer samen. De mate waarin je aandacht geeft kan een mening versterken. Besef je wat je allemaal bevestigt bv. door een ‘like’ aan te klikken of door een bericht te delen? Besef je dat door een mening te citeren en tegen te spreken je die mening bevestigt?! (de hersenen van de lezer of de luisteraar houden geen rekening met ‘neen’ of ‘niet’.)
Stel jij jezelf de kritische vraag: Wil ik door wat ik doe de mening van de ander versterken? Indien je antwoord ‘neen’ is, wat drijft je dan om te reageren? Wat houd je tegen om te zwijgen? Welk gevaar dreigt er volgens jou wanneer je niet reageert op een mening? Wat is jouw ‘winst’ wanneer je een gesprek voert, communiceert of onderhandelt vertrekkend van je eigen inzichten? Hoe breng je je eigen visie zonder een meningenspel uit te lokken?
Het blijft steeds nuttig om kritische vragen te stellen. Hiermee helpt je de ander of jezelf (bij een innerlijk gesprek) om orde op zaken te krijgen. (5)
Het meningenspel
Wat in geen enkel geval productief is, is het meestappen in een ‘meningenspel’ = mening boven mening, boven mening, boven mening, … Dit spel is bedoeld om de krachten te meten of een positie te verdedigen (maatschappelijk, intellectueel, relationeel, politiek). Het meningenspel kan boeiend verlopen (bv. via een goed geleide discussie) doch is in de meeste gevallen onvruchtbaar als het gaat om het ontwikkelen van inzichten. Je bevestigt hiermee alleen je mening. Via een gesprek met mensen die een tegengestelde mening hebben versterkt je alleen je eigen visie, je verandert niet van mening, blijkt uit onderzoek. Een discussie of een debat kan je strategisch gebruiken bv. om je gelijk te halen, materiële winst te boeken, een verkiezing te winnen, een beleid te verdedigen, een bepaalde visie te propageren, mensen te overtuigen, enz. Het is een valkuil om te veronderstellen dat een goed geleid debat sowieso nieuwe inzichten oplevert. In plaats van in het meningenspel te stappen kan je leren kritische vragen te stellen. Daar kan je wel van leren. Dat kan best op een verbindende of waarderende manier, zodat het geen terechtwijzing wordt of deel van het ik-weet-het-beter spel.
———-
(1) Lees meer over de vier soorten feiten in: Hoe je zelf ‘feiten’ creëert – Vier soorten feiten → Korte teksten
(2) Over denkpatronen lees je meer in: Drie grondpatronen om je leven te be-leven → Korte teksten
(3) Over de tien kwaliteiten van taalgebruik lees je meer in: Talen en taalgebruik → Korte teksten
(4) Lees meer in: Hoe hou je het gesprek ‘in het midden’? → Korte teksten
(5) Het Vragenkompas is daarbij een effectieve hulp: De kunst van het vragen en het Vragenkompas → Korte teksten