Categorie archief: Communiceren

Vraag van de week (7)

Met welke vraag kan je een lastig gesprek afronden?

Wat is een ‘lastig’ gesprek? Hoe zou jij die term invullen? Aan welke concrete herinnering zou jij dit koppelen?
Ik denk daarbij aan een gesprek waarbij jij het gevoel hebt dat er obstakels zijn in de communicatie die niet onmiddellijk verdwijnen. Of een gesprek waarbij je geen ruimte krijgt om je inbreng in het midden te leggen. Of een gesprek dat te lang duurt en uiteindelijk geen resultaat oplevert voor jou. Of een gesprek waarbij het alle kanten uitgaat en de rode draad verloren is geraakt. Of een gesprek waarbij jij het gevoel hebt in een ‘onderwater gesprek’ gevangen te zitten (bv. omdat jullie je in een erg lawaaierige omgeving bevinden temidden van veel mensen).
Een gesprek afronden betekent het niet verderzetten, ermee ophouden, nu. Je wil dus niet een volgende gespreksronde op gang brengen. Afronden kan op velerlei manieren: abrupt afbreken, een ‘vals’ excuus gebruiken, een besluit formuleren, een bondige samenvatting geven van het gesprek, een nieuwe afspraak voorstellen.
Hoe rond je zo’n gesprek af waarbij je de verbinding met de ander wilt behouden? Hoe zorg je er voor dat er geen nieuw gesprek start? Hoe zorg je er voor dat de ander met een goed gevoel weggaat?
Hoe rond je het af met een vraag? (Nadat je hebt aangegeven dat je het gesprek wilt stoppen) Wat zijn de voordelen van een vraag? Wat is dan de ‘juiste’ vraag?
Enkele criteria voor zo’n vraag (de inhoud + de toon waarop je spreekt + de positie van waaruit je spreekt) (1): □ Biedt je vraag ruimte voor een volgend gesprek zonder een oordeel te geven over het gesprek dat je afrondt? □ Creëer je de grond voor een nieuw (en beter) gesprek? □ Roept je vraag een eenvoudig “O.K., dit is goed.” op (en start het dus geen nieuw gesprek)? □ Verbaas je de ander op een positieve manier? □ Klinkt er erkenning in voor de ander (zelfs indien je het niet met haar eens bent)? □ Verwoordt je vraag je ware intentie? □ Leg je je vraag ‘in het midden’? (2) □ Voel jij je goed bij je vraag? □ Klinkt je vraag verbindend? □ Stel je je vraag op het gepaste moment? (3)
Met een ‘juiste’ vraag hoef je niet de weg af te leggen van eerst te wijzen op wat je hebt waargenomen, dan te zeggen wat dit jou doet en waar je behoefte aan hebt, om vervolgens een verzoek te formuleren. (4) Dit is vaker een weg die de zaken complexer maakt dan een eenvoudige, eerlijke vraag ‘in het midden’.

(1) Lees meer in: Hoe beweeg je binnen het relatie- en interactieveld?
(2) Lees meer in: Hoe hou je het gesprek ‘in het midden’?
(3) Het ‘gepaste moment’ kan betekenen dat je eerst de ander uitnodigt naar een andere plek te gaan of dat je eerst aangeeft dat je wat stilte wilt of dat je gaat zitten i.p.v. te staan of omgekeerd dat je gaat staan i.p.v. te blijven zitten of dat je de ander eerst bedankt voor het gesprek.
(4) Deze methode wordt vaak gepromoot bij Geweldloze communicatie.

Vraag van de week (6)

Welke vraag zou je stellen aan een honderdjarige?

We leven allemaal met de houding alsof we zonder meer honderd jaar worden of meer. Het verlangen om ‘eeuwig jong’ te blijven klinkt al duizenden jaren. Regelmatig verschijnt er een hip-hip-hoera bericht dat het aantal honderdjarigen is verdubbeld.(1) De werkelijkheid is uiteraard helemaal anders. Slechts weinigen die worden geboren halen die leeftijd.(2)
Vaak wordt aan iemand die de honderd jaar viert de vraag gesteld wat haar of hem heeft geholpen om zo oud te worden. Dat is een ‘beleefde gelegenheidsvraag’ want echt geïnteresseerd in het antwoord zijn we niet. Met haar of zijn antwoord doen we immers niet. We werpen het gewoon in de snel-vergeet-mand. Wees gerust de honderdjarige weet dat ook en geeft je meer dan waarschijnlijk een ‘beleefd gelegenheidsantwoord’.
Welke vraag zou een honderdjarige wél willen krijgen? Welke vraag zou haar of hem blij maken en graag willen beantwoorden? (Deze vraag – welke vraag haar of hem blij maakt – kan je stellen aan de feestvierder!)
Ken je niemand die (bijna) zo oud wordt? Gebruik dan even je verbeelding en beeldt je in dat jij de honderd nadert. Welke vraag wil jij niet krijgen? Welke vraag zou je wél willen beantwoorden?
Wat is het nut van deze oefening?
Het kan je helpen om te reflecteren op de zin van de keuzes die jij vandaag maakt.
Het kan een opstap zijn om te leren welke vraag je kunt stellen aan iemand die met een levensbedreigende ziekte wordt geconfronteerd of iemand die op een palliatieve afdeling ligt. Dit is een situatie waar je in de toekomst wellicht meer kans maakt om mee te worden geconfronteerd.
Het kan je helpen om te stoppen met ‘beleefde vragen’ te stellen. Hou op met ‘beleefde vragen’, reserveer ze enkel voor die situaties waarin je beiden uitdrukkelijk het laat-ons-beleefd-doen-spel spelen. “Hoe gaat het?”

(1) Dat gebeurde in België tussen 1996 en 2016
(2) Op 1 januari 2019 waren er 1.487 honderdjarige mannen en vrouwen in België, waarvan 1.277 vrouwen en slechts 210 mannen, op een totale bevolking van 11.431.406

Rebels verzet tegen een patroon

Pablo Gargallo – Profeet – Middelheim Museum Antwerpen

De hele hype rond Yuval Harari deed me in mijn pen kruipen. Ja, ik heb ook zijn drie boeken gelezen. Toch bekijk ik wat er gebeurt met wat afstand. Hieronder enkele gedachten als aanzet voor verdere reflectie.

“Alles verandert sneller en sneller.” is een te snelle uitspraak.
Het patroon van het leven op aarde (bv. de door evolutie gestuurde veranderingen, de biologie van levende wezens, de interactiepatronen van de natuur) verloopt traag, al eeuwen aan eenzelfde tempo. Daarentegen, de menselijke maatschappelijke context – en dan vooral de technische en technologische aspecten ervan – verandert sneller en sneller. Daardoor verandert bv. het klimaat in een snel tempo. Voor de natuur zijn de veranderingen van het klimaat echter een gewoon interactiepatroon. De natuur reageert op wat er gebeurt via een bekend intern scenario. Het zal daardoor nog eeuwen duren vooraleer de huidig zichtbare wijzigingen van het klimaat zullen vertragen en stoppen en in een andere richting bewegen. Voor de natuur is dit één doorlopende stroom van aanpassingen. Er zijn geen ‘breuken’. Zich aanpassen aan wat er gebeurt ook al is dat soms plots – zoals bij de inslag van een meteoriet – is de gewone ‘natuurlijke’ beweging.

Is dat bij het gedragpatroon van de mens anders? Verandert de mens zijn gedrag nu sneller dan vroeger? Hoegenaamd niet. De mens past vandaag zijn gedrag aan in hetzelfde tempo als tienduizend jaar geleden. Ja, de omstandigheden wijzigen sneller omwille van de toenemende technische innovaties. Daardoor lijkt het alsof de mens zijn gedrag sneller wijzigt. Echter, het patroon om het gedrag aan te passen aan die techniek is vandaag niet sneller dan vroeger. Het patroon waarmee een jonge generatie haar gedrag aanpast aan nieuwe technische omstandigheden is hetzelfde: nieuwsgierig en snel. Het patroon waarmee een oudere generatie haar gedrag aanpast aan nieuwe technische omstandigheden is hetzelfde: terughoudend en traag. Alleen, er zijn vaker en sneller technische innovaties en dus moet het mechanische ‘gedragsverandering’ vaker worden ingezet. Het patroon van ‘gedragsverandering’ is nog steeds hetzelfde.
Een gevolg daarvan is – zoals steeds in zulke situaties – dat de oudere generatie wordt geconfronteerd met een jonge generatie die het ‘anders’ wil en doet. Het gewone patroon ‘ouderen reageren op jongeren’ moet nu vaker worden ingezet. Vandaag is er een grootouders-generatie die nog bezig is te reageren op hun kinderen, de ouders-generatie, die bezig is te inter-ageren met het gedrag van hun kinderen, de jongeren-generatie. Dat geeft het gevoel dat alles sneller verandert, maar het patroon ‘ouderen reageren op jongeren’ is reeds eeuwen weinig of niet veranderd. De ouders-generatie zit tussen twee tegengestelde dynamieken, tussen het gedrag van hun ouders, de grootouders, en dat van hun kinderen. Opnieuw, deze situatie lijkt anders dan eeuwen terug omwille van de maatschappelijke context. Echter, eeuwen terug deed zich deze situatie ook voor. In sommige culturen was het zelfs zo dat de drie generaties in hetzelfde huis woonden.

Ik ben geen historicus maar het verbaasd me dat een knappe professor geschiedenis, Yuval Harari, niet door heeft dat zijn gedrag vandaag deel is van de geschiedenis die wij samen maken. Zijn populariteit is gewoon deel van eeuwenoud patroon: mensen creëren hun profeten. Door de vragen en lofbetuigingen van duizenden fans laat de historicus zich verleiden om ‘de grootste denker van de eeuw’ te worden. “Ijdelheid der ijdelheden, alles is ijdelheid.” (1) Hij schets waar alle mensen in alle eeuwen steeds naar hebben verlangd: een Groot Verhaal, een bondig samenhangend beeld van de ganse geschiedenis waarin alle ‘waarom-vragen’ een antwoord krijgen. Tot daar het positieve. Hij laat zich echter verleiden om een oordeel te geven over de actuele situatie. Terecht zegt hij dat hij slechts aangeeft wat er ‘zou kunnen gebeuren’ niet ‘hoe het zeker zal evolueren’ maar vervolgens gaat hij in op het doemscenario.
De geschiedenis leert mij dat er in alle tijden – maar vooral in spannende tijden – twee soorten profeten gecreëerd worden en geliefd zijn: zij die waarschuwen voor de gevaren van de ontwikkelingen en voor het einde van ‘de beschaving’ en zij die de ontwikkelingen prijzen en oproepen om er volop gebruik van te maken. Een concreet voorbeeld: de technologie van de gezichtsherkenning (face recognition) samen met alle andere algoritmes die daar aan worden verbonden. Voor Yuval Harari (2) lopen we gevaar, voor de ondernemer en China evangelist Pascal Coppens (3) is het een zegen voor de consument (4). Dit is een gewoon eeuwenoud patroon.
Wij creëren onze profeten door hun volgers te worden, door hen te prijzen, door hun verhaal door te geven en door ons af te zetten tegen de ‘ valse profeten’.

De drijfveren van menselijk gedrag tonen als honderden eeuwen dezelfde dynamiek, hetzelfde patroon: als mens willen we veiligheid, zekerheid, bezit en invloed (fysiek, emotioneel, relationeel, intellectueel, materieel). Wanneer we dat hebben willen we meer, meer veiligheid, meer zekerheid, meer bezit, meer invloed, meer dan … de anderen. Wanneer we dat hebben bereikt willen we nog meer, nog meer veiligheid, nog meer zekerheid, nog meer bezit, nog meer invloed, nog meer dan … de anderen. Wat ons daar bij steunt is een Verhaal, vooral een Groot Verhaal dat we delen met ‘gelijkgestemden’ en dat ons sterkt als ‘wij zijn anders dan de anderen’: Ons Groot Verhaal met Onze Grote Helden, Onze Grote Profeten en Onze Grote Waarden.
Op een constructieve wijze ingezet leiden de menselijke drijfveren tot nieuwsgierigheid, innovaties, delen met elkaar, groter welzijn voor iedereen, gelijkheid.
Op een negatieve wijze toegepast leiden deze drijfveren tot hebzucht, haat, machtsstrijd, ziekte en grotere ongelijkheid.

Enkele reflecties

Waar het om de menselijk gedragspatronen gaat beoordelen we de actuele situatie niet evenwichtig en correct. We reageren nog steeds als de mens honderden eeuwen geleden.
We creëren nog steeds onze profeten vanuit onze onzekerheden, onze angsten of verwachtingen en zoeken vervolgens bij hen de bevestiging van onze gedachten.
We kunnen leren hoe we wél anders kunnen reageren. Dát kunnen we ook leren uit de lessen die reeds eeuwen worden doorgegeven, namelijk door rebelse denkers die uitdrukkelijk geen profeet wilden zijn. Wanneer ik ver terugblik begon het met denkers als Socrates (Griekenland) en Zhuang Zi (China, de taoïst).
Profeten zijn Gidsen, ze vertellen je wat je moet doen en hoe; ze kennen het juiste gedrag.
Rebelse denkers zijn Pathfinders, ze helpen je je eigen weg te vinden en schrijven geen gedrag voor. (5)


(1) De eerste regels van het boek Prediker uit het Oude Testament
(2) Yuval Noah Harari: How to Survive the 21st Century- Davos 2020 – https://www.youtube.com/watch?v=gG6WnMb9Fho
(3) Zo noemt Pascal Coppens zichzelf
(4) Pascal Coppens: Retail and DIY in China – Keynote in Dublin Pascal Coppens at Global DIY Summit 12/09/2019 – https://www.youtube.com/watch?v=R6nFFLRA4og
(5) Lees meer in het gratis boek: Pathfinder – Samen de juiste weg vinden → Pagina BOEKEN

Vraag van de week (5)

Welke vraag tovert een lach op het gelaat?

Op wiens gelaat? Wel, voel eens, kan je een lach op het gelaat van de ander toveren zonder een lach op je eigen gelaat? Kan een ernstig gestelde vraag een lach toveren bij de ander?
Er zijn gradaties in ‘een lach op het gelaat’, van een oppervlakkige lach of een glimlach waarbij de mondhoeken lichtjes naar boven gaan tot een uitbundige lach. Ik zoek de vraag die een reactie geeft in het midden tussen die twee. De vraag zou ook kunnen klinken: “Welke vraag raakt recht het hart op een zeer aangename, warme wijze?”. Je kunt de vraag zelf concreter maken: “Met welke vraag tover ik een lach op het gelaat van mijn vriendin (mijn geliefde, mijn kind, mijn ouder, …)?
De lach toont zich niet alleen in de mond maar ook, misschien zelfs vooral, in de ogen.

Wanneer ik een ‘Vraag van de week’ schrijf betekent dat niet dat ik altijd zelf een antwoord heb op die vraag of dat ik makkelijk de gevraagde vraag kan formuleren. Ook voor mij blijft ‘de juiste vraag stellen’ een oefenweg. 
De vraag deze week belangt mij persoonlijk aan en komt vanuit de vaststelling dat ik overwegend een ernstige levenshouding voel. Ik glimlach wel veel, ik heb wel een hart met een glimlach. Toch bekijk ik de zaken overwegend van de ernstige zijde. Ik merk dat ik niet alleen ben. Meerdere mensen rondom tonen zich erg ernstig in gesprekken, in hun commentaar of in hun non-verbale reacties.
Tijdens een training ‘De kunst van het vragen’ leren deelnemers dat het vaak wérkt om te vragen: “Welke vraag zou jij nu aan jezelf stellen?” of “Welke vraag zou jou nu een stapje verder helpen?” Deze week stel ik uitdrukkelijk de ‘Vraag van de week’ aan mezelf.

Vraag van de week (4)

Met welke vraag help je iemand die niet meer weet hoe het verder moet?

Allemaal hebben we wel een moment beleefd dat we niet wisten hoe het nu verder moest.
Wat heeft jou geholpen om je volgende stap te zetten?
Vandaag hoor je meer jong volwassenen zeggen dat ze niet helder weten welke hun volgende stappen zouden moeten zijn. ‘Zouden moeten zijn’ wie bepaalt dat? Moet je weten? Wat moet je weten? Moet je een helder doel hebben alvorens een keuze te maken? Moet je weten wat je wilt alvorens te handelen? Voel je de druk om een duidelijk beeld te hebben van je carrière of van je relatie?
Oude taoïstische wijsheid klinkt door in het gezegde: “Er bestaat geen (ideale) Weg. De weg wordt gevormd door de stappen die je zet. Waar je voeten nu staan is jouw weg.”
Weten wat je wilt ontvouwt zich in wat je doet, niet in wat je je verbeeldt dat je ‘zou doen indien …’ of erger nog in wat je ‘zou moeten doen’. Het ogenschijnlijk paradoxale doet zich voor dat het leven helder wordt terwijl je stappen zet. Wachten om te beslissen en te handelen alvorens alle gegevens op tafel liggen, alvorens alle opties helder zijn, alvorens je de definitieve opleiding achter de rug hebt, alvorens je voldoende advies hebt ingewonnen, … betekent in de meeste gevallen dat je belangrijke opportuniteiten voorbij laat gaan.
Er bestaat gezonde twijfel en ongezonde twijfel. Niet-weten is deel van gezonde twijfel. Aan alles twijfelen is ongezonde twijfel. Zo bestaat er ook gezonde zekerheid en ongezonde zekerheid. Gezonde zekerheid houdt een portie gezonde twijfel in. Ongezonde zekerheid is de houding dat je alles weet en dat er geen vragen meer dienen gesteld te worden.
Een andere taoïstische wijsheid: “Hou van het niet-weten. Aanvaard dat er steeds een portie mysterie blijft. Geniet er van en stap verder.”
Iemand dient een vraag te stellen. Iemand dient de vraag te stellen die jou helpt een stap verder te zetten … om het even wat je vandaag niet weet.
Jij op jouw beurt wordt uitgenodigd om een vraag aan te bieden aan mensen die vandaag worstelen met hun volgende stap. Welke vraag stel je?